Skip to Main Content

Academisch lezen: Voor het lezen

Leer hoe je een snellere en efficiëntere lezer kunt worden

Het leesproces in het kort

Hieronder zie je een visuele weergave van de eerste stadia van het leesproces: voorbereiding van het lezen zelf.

Wat moet je doen voordat je gaat lezen?

Stel jezelf een paar vragen

Denk na over je leesdoel. Als je vragen hebt gekregen, lees ze dan door en markeer of onderstreep kernwoorden en belangrijke zinnen of zinsdelen. Wanneer je die woorden/zinnen in de tekst opzoekt (scannen, zie ook Module 3), zal dit je helpen om de vragen te beantwoorden. Als je geen vragen hoeft te beantwoorden, bedenk dan zelf enkele vragen en houd die in gedachten terwijl je leest. Welke vragen je stelt, hangt af van het soort tekst dat je leest. Hier zijn enkele algemene vragen die je helpen informatie toe te passen, te analyseren of te evalueren:

Algemeen
  • Wat vind ik nu van dit onderwerp?
  • Waarom denk ik dat?
  • Wat wil ik te weten komen?
Vragen stellen bij het schrijven
  • Wat is het belangrijkste argument van de auteur?
  • Hoe goed is het bewijs voor het argument?
  • Is het overtuigend? Waarom (niet)?
  • Wat zijn de beperkingen of gebreken in ...?
Vorm je eigen mening
  • Welke delen van het betoog van de auteur wil ik gebruiken of op welke delen wil ik reflecteren in mijn eigen tekst?
  • Hoe passen de ideeën van de auteur bij mijn eigen ideeën?
  • Hoe passen die ideeën in andere relevante theorieën/ideeën?
  • Is mijn eigen theorie/idee nog steeds geldig? Zo ja, waarom?
  • Ben ik verrast door iets wat ik lees? Zo ja, waarom?

Kies een van titels van academische teksten hieronder. Noteer je eerste gedachten en denk na over wat je al weet over het onderwerp en wat je nog te weten zou willen komen. Denk hier 2 minuten over na en maak aantekeningen.

Titel: Millennials in the workplace: A Communication Perspective on Millennials' Organizational Relationships and Performance 

Of

Titel: Globalization and Corporate Social Responsibility 

Skim de tekst voordat je gaat lezen

Goede lezers zijn actieve lezers. Dit betekent dat ze lezen met een doel. Gebruik enkele van de technieken die je in module 3 hebt geleerd: skimming en scanning, voordat je in detail gaat lezen. Zie dit als een manier om je achtergrondkennis te activeren en vertrouwd te raken met wat je gaat lezen. Probeer op elke bladzijde slechts enkele seconden te besteden om een overzicht te krijgen van ongeveer 10 tot 20% van de kernwoorden/ideeën en een (mentale) basisschets van de tekst te maken. Zorg ervoor dat je eerst de samenvatting leest voordat je het hele artikel leest. Scan ook de vetgedrukte kopjes om te zien waar je de informatie kunt vinden die je nodig hebt om tijd te besparen.

Zet een asterisk bij het hoofdidee of de stelling van de tekst. Let vooral op de inleiding of de eerste alinea’s van de tekst om deze informatie te vinden en ook op de conclusie en de samenvatting. Kijk ook  naar de titels, kopjes, afbeeldingen, vocabulaire en vragen aan het eind van het hoofdstuk. Besteed ongeveer 6 seconden per bladzijde, maar tegen het einde moet je ongeveer 40% van de belangrijkste ideeën/argumenten begrijpen en gemakkelijk de structuur van de tekst kunnen beschrijven.